Visualisaties

Windturbines zijn vanwege hun afmetingen en bewegende rotorbladen zichtbaar in het landschap. Om effecten inzichtelijk te maken zijn er visualisaties gemaakt vanaf diverse punten en afstanden in de omgeving.
De visualisaties kunnen hier bekeken worden.
Hoe maken we de visualisaties?
  1. Maken van 360 graden bolfoto’s:
    Met een spiegelreflexcamera, statief en roundshot wordt in 30 richtingen foto’s gemaakt op een hoogte van 1,8 m boven het maaiveld. Deze 30 foto’s worden samengevoegd tot een 360 graden bolfoto.
  2. Uitlijnen van de 360 graden bolfoto:
    1. De positie (coördinaten) waar de 360 graden bolfoto is gemaakt, wordt op kaart aangegeven in het programma windPRO
    2. Hoogte-informatie van het gebied wordt toegevoegd aan het model (bijv. Actueel Hoogtebestand Nederland)
    3. Referentiepunten in de omgeving die zichtbaar zijn op de foto (zoals schoorstenen, flatgebouwen, etc.) worden toegevoegd als controlepunten in windPRO. De positie van deze referentiepunten worden op kaart aangegeven en hoogte-informatie van de referentiepunten worden toegevoegd.
    4. Op de bolfoto wordt de positie van de referentiepunten aangegeven. Doordat het model nu weet waar de referentiepunten op de foto zich precies bevinden op de kaart, kan de bolfoto worden uitgelijnd. Hiermee worden de locatie, hoogte en oriëntatie van de horizon geoptimaliseerd en kunnen de windturbines correct worden gepositioneerd.
  3. Modelleren van de windturbines:
    1. In het windPRO model wordt een bestaand windturbinetype of generiek windturbinetype gebruikt, gebaseerd op de gewenste windturbineafmetingen
    2. De windturbines worden door windPRO gemodelleerd in de bolfoto. De dimensies van de windturbine in de bolfoto wordt door windPRO gemodelleerd aan de hand van de afstand tussen de locatie waarvan de foto is gemaakt en de locatie van de windturbine. Hierbij wordt rekening gehouden met het effect van perspectief. De hoogte van de windturbines ten opzichte van de horizon wordt bepaald door de toegevoegde hoogte-informatie. Dit zorgt voor een zeer realistische weergave van het formaat van de windturbine.
Uitgangspunten visualisaties
In de visualisaties van de windturbines van Windproject Brielse Brug is uitgegaan van het windturbinetype Vestas V162. De rotordiameter is in het visualisatiemodel in windPRO vergroot naar 164 meter. De windturbines zijn gevisualiseerd op een ashoogte van 167 meter. De maximale hoogte (tiphoogte) van de windturbines bedraagt 249 m.